3. Duurzame energie
WAT IS ENERGIE?
Voor alles wat we doen gebruiken we energie. We gebruiken
het om 's morgens een lekker kopje thee te maken, de warme
chauffage in het klaslokaal, je nachtlampje als je 's nachts
bang bent,... om allerlei redenen dus!
OPDRACHT
Neem je bundel en som eens alle dingen op die je vandaag al gedaan hebt waarvoor je energie nodig had. Denk ook aan je wekker, rolluik,... .

De elektriciteit van je waterkoker of van je nachtlampje komt van de
elektriciteitscentrale of misschien wel van de zonnepanelen op je dak. Water
voor een hete douche, wordt warm gestookt met aardolie of aardgas en op
de fiets, ben je zelf de energiebron. Jouw kracht zorgt ervoor dat de trappers
ronddraaien. Het voedsel dat je at geeft je energie en de zon liet dan weer
dat voedsel groeien.
DUURZAME OF NIET-DUURZAME ENERGIE
Duurzame energie = groene energie = hernieuwbare energie
Elektriciteit kan worden gemaakt van niet-hernieuwbare energie of van hernieuwbare energie.
Onze elektriciteit komt meestal van elektriciteitscentrales die fossiele
brandstoffen zoals steenkool, aardgas, aardolie en uranium gebruiken.
We noemen ze niet-hernieuwbare energiebronnen omdat men ze niet
opnieuw kan maken waardoor ze ooit op zullen geraken.
Niet-hernieuwbare energiebronnen produceren gassen die schadelijk zijn
voor het milieu en zorgen ervoor dat de aarde opwarmt.
voorbeelden:
- Van aardolie maakt men stookolie om huizen te verwarmen maar men maakt er ook benzine van.
- Aardgas, steenkool en hout
gebruiken we zowel voor de
verwarming van ons huis als voor te
koken op een gasvuur.
- De meeste elektriciteit in België wordt geproduceerd in de kerncentrales. Zij gebruiken een enorm zeldzame grondstof, namelijk uranium.
Hernieuwbare energiebronnen kunnen opnieuw en opnieuw en opnieuw gebruikt worden. Ze zullen nooit op geraken. Deze soort energiebronnen produceren geen schadelijke gassen die het milieu aantasten.
- Windmolens of windturbines zetten de wind om in elektriciteit.
De wind laat de wieken draaien waardoor de generator in
werking treedt. Die zet de beweging om in elektriciteit.
- De zon geeft een enorme hoeveelheid energie vrij.
Zonnepanelen zetten het zonlicht om in elektriciteit. Zonlicht
kan je ook gebruiken om water op te warmen.
- Waterkrachtcentrales zetten de kracht van stromend water
om in energie. Deze kracht zet de generator in werking.
- In Ijsland is de aardkorst zo dun dat het warm water uit de aarde komt. In de Blue Lagoon kan je zelfs zwemmen terwijl het buiten vriest.

PROEFJESTIJD!
Ga naar de gang. Op de tafels vind je het materiaal voor 2 proefjes. Controleer bij de leerkracht of er nog een plaats vrij is. Zijn de plaatsen bezet? Wacht dan even en kijk al eens naar "Te weinig groene energie in België".
PROEF 1: DE LUCIFER
1. Kijk eens na of er chocolade in het potje ligt. Ligt er geen chocolade? Steek er dan een blokje chocolade in.
2. Zet een kaarsje in het onderste potje.
3. Steek het kaarsje aan.
4. Zet het potje met chocolade bovenop het potje met het kaarsje.
Wat denk je dat er gaat gebeuren?
Welke energie gebruiken we? Waarom? Kan je de energie opnieuw gebruiken?
PROEF 2: HET BEKERTJE
1. Houd het bekertje boven de wasbak vast aan het touwtje.
2. Neem water in de maatbeker uit de emmer.
3. Giet water in het bekertje.
Wat gebeurt er?
Welke energie gebruiken we? Waarom? Kan je de energie opnieuw gebruiken?

TE WEINIG GROENE ENERGIE IN BELGIË
Elk Europees land is verplicht om groene energie te maken. Om te weten hoe goed de lidstaten hun best doen, rekent Europa uit hoe lang de landen kunnen doen met de energie die ze in één jaar tijd opwekken. In België hebben we maar groene energie voor 32 dagen. Als we vanaf 1 januari zouden tellen, wil dat zeggen dat onze groene energie op 2 februari al op is en dat we de rest van het jaar op vervuilende energie leven. Nederland en Luxemburg doen het nog slechter dan ons. Ijsland staat op de beste plaats, daar leven de inwoners 257 dagen per jaar op groene energie.